België in oorlog / Persoonlijkheden

Joset Camille

Thema - Verzet

Auteur : Colignon Alain (Instelling : CegeSoma)

In het verzet tijdens beide wereldoorlogen

Camille Joset werd te Soumagne geboren in een bescheiden familie van de weldenkende burgerij (zijn vader was handelaar-kleermaker). Zijn maatschappelijk  parcours leek opvallend veel op dat van Walthère Dewé. Het ging om dezelfde generatie uit het Luikse. De sociale klim van Joset was het resultaat van zijn werkkracht ; hij werd hoger kaderlid in het openbaar ambt. En tot het einde van zijn leven bleef hij een overtuigd katholiek van christen-democratisch signatuur.

Zoals Dewé, de bekende leider van de « Dame blanche » en van  « Clarence », smeet Joset zich tijdens beide wereldoorlogen volledig in het verzet. Hij werd de leider van een van de belangrijkste groepen, de Belgische Nationale Beweging - Mouvement National Belge. Maar het lot was hem gunstiger gezind dan zijn Luikse wapenbroeder: terwijl Dewé anoniem omkwam in een nazi-kogelregen overleed  Joset na de oorlog.

93712-joset-dAtail.jpg
Instelling : CegeSoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Camille Joset, 1945

Opleiding en debuut in de journalistiek

Na zijn klassieke humaniora in het college Marie-Thérèse te Herve begon Joset aan studies thomistische filosofie aan het klein seminarie van Sint-Truiden met het idee priester te worden. Het leven besliste er anders over: hij behaalde een kandidatuur in natuurwetenschappen aan de universiteit Luik en begon aan een carrière van journalist. Eerst werkte hij onbezoldigd voor lokale bladen vooraleer rond 1900 hoofdredacteur te worden van de Catholique belge. Dit weinig gelezen orgaan verdedigde de christen-democratie. Het bleek een springplank naar de krant La Dépêche van gelijkaardige opvatting. Vanaf 1902-1903 werkte hij voor meer conservatieve kranten zoals L’Action catholique en L’Avenir du Luxembourg dat hij van de ondergang redde en leidde.

Op 14 juni 1904 huwde hij met een Française. Ze kregen vier zonen waaronder Camille-Jean (bekend als Camille Joset Junior) die geestelijke werd en optrad als zijn adjunct in de clandestiene strijd tijdens de Tweede Wereldoorlog . Om zijn lokale invloed te vergroten werd Joset op een katholieke lijst in Luxemburg tot provincieraadslid verkozen. De Grote oorlog onderbrak voorlopig zijn carrière.

Eerste Wereldoorlog

Joset was reserveofficier en stopte liever met zijn krant dan onder Duitse censuur te verschijnen. Tijdens de eerste maanden van de bezetting richtte hij een Hulpcomité op voor de Luxemburgse geteisterden om slachtoffers van de inval te helpen. Met vrouw en vrienden zette hij parallel daarmee een inlichtingendienst op poten. De Duitsers kwamen hem op het spoor en hij werd aangehouden en ter dood veroordeeld op 15 april 1915. Zijn straf werd omgezet in levenslange dwangarbeid . Tijdens de rest van de oorlog zat hij vast in Duitse gevangenissen, van de citadel Gross-Strehlitz tot de sinistere vesting Glatz in Silesië. Na de wapensilstand kwam hij verzwakt maar vastberaden terug. Hij schreef over zijn lijdensweg in verschillende boeken : Le Mort survivant (1925), La douleur qui ritPages détachées du Carnet d’un forçat de guerre (1927) en vooral Figures de Belges et têtes de Boches (1928). Dit laatste werd een publiekssucces .

publications-joset.jpg
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Publicaties van Camille Joset over de Eerste Wereldoorlog
Webcaptie :

De tussenoorlog

 Joset was erg verzwakt, vestigde zich te Brussel en liet de journalistiek vallen. Dankzij zijn vaderlandslievende houding en zijn contacten werd hij op 18 februari 1919 directeur van de persafdeling van het ministerie van Spoorwegen, Post en Telegraaf. Eens helemaal terug ter been werd hij benoemd tot adjunct-Koninklijk commissaris voor de Verwoeste Gewesten van Luxemburg tot juni 1922, maar een aantal intriges speelden hem parten. Nogmaals kwam zijn “adressenboekje” te pas. In 1929 werd hij algemeen secretaris van de Nationale commissie voor Economische expansie. In 1934 kreeg hij multiple sclerose , moest in een rolstoel en ging vervroegd op pensioen . Zijn publiek leven waarin hij zich zo goed voelde, scheen afgelopen. De Tweede Wereldoorlog zou echter de kaarten opnieuw schudden waardoor hij een nieuwe kans kreeg om actief te worden , maar op een ander niveau en na veel moeilijkheden.

1939-1945 : nog een keer ?




Bekend staande om zijn onverzettelijk patriottisme werd Camille Joset eind 1939 gecontacteerd door de Intelligence Service en meer in het bijzonder door « capitain Daniel » (John Barness-Stott). Samen met de Brusselse industrieel Alphonse Feyens, Anatole Gobeaux en de Luikse ingenieur Walthère Dewé werd hem gevraagd een verzetsgroep te organiseren.

Joset herleefde en aanvaardde de opdracht zonder aarzelen. Met zijn zoon Camille-Jean en enkele vrienden richtte hij de « Brigades Toast » op, een inlichtingsnetwerk dat actief moest worden bij de onvermijdelijk geachte Duitse invasie. Veel ambitie maar weinig middelen… De snelle vijandelijke opmars van 10 mei 1940 maakte het netwerk zinloos .

Een paar maanden na de totale bezetting van België reactiveerde Joset de « Brigades Toast ». Tijdens de winter 1940-1941 vervoegde zijn mager groepje (een paar tientallen mensen) andere anti-Duitse clandestiene formaties zoals die van Louis Schmidt, burgemeester van Etterbeek, Aimé en Georges Dandoy, Auguste Frérotte (Luik), de volksvertegenwoordiger Materne (Aarlen), en Sylvain Misotten. Die hergroepering gaf aanleiding tot de “officiële” oprichting van de Belgische Nationale Beweging - Mouvement National Belge (BNB - MNB) op 17 december.

De BNB - MNB werd echt actief vanaf de zomer 1941 , ontwikkelde lokale structuren en begon met het sluikblad La Voix des Belges (De Stem der Belgen). Joset kon zich niet verplaatsen maar zorgde voor de lancering en de financiering van het blad. Op dat moment was hij nog maar één van de leidende figuren in de BNB. Na rijp beraad schaarde Joset zich achter het algemeen programma van de verzetsgroep die koos voor een centristische koers . Dit programma voorzag het herstel van de publieke vrijheden en van de nationale instellingen, de verzoening  van Vlamingen en Walen en de bestraffing van de verraders . Kortom, dit betekende de terugkeer van het traditionele België, het « Belgique de papa » van 1830 getooid met de glorie van 1918-1919 en ondanks de steeds toenemende macht van de politieke partijen die hij aanvaardde als een noodzakelijk kwaad om de democratie te redden.

soma_bg597_1941-08-10_01_001-00001-la-voix-10-8-1941(2).jpg
Instelling : Cegesoma
Oorspronkelijke legende : 1ère édition de La Voix des Belges
soma_bg597_1942-03-08_01_010-00001-la-voix-8-3-1942.jpg
Instelling : CegeSoma
Oorspronkelijke legende : La Voix des Belges, nr 10, 8 maart 1942

In 1941 nam de invloed van Joset in de BNB toe, die sterker en gestructureerder werd. De activiteiten werden breder : anti-Duitse propaganda, exfiltratie van neergeschoten geallieerde piloten en inlichtings- en actiewerk. De « Gestapo » begon lont te ruiken. Op 13 november 1941 werd de woning van de medeoprichter van de BNB aan de Galliërslaan te Etterbeek voor een eerste maal doorzocht door de Duitse politie. Er werd niets gevonden en de voorzichtige Joset speelde overtuigend de rol van een gehandicapte en ongevaarlijke oude man.

Enkele maanden later, in mei 1942, werd Joset enig leider van de BNB met de titel van “Ere-koninklijk hoog commissaris”. Zijn vrienden noemden hem nu bewonderend « de Commandeur » (hijzelf hield het als pseudoniem bij « Le Gaulois »). Tijdens de laatste weken van zijn vrijheid poogde hij een “Vaderlandslievend front” met verschillende “rechtse” verzetsgroepen  (Nationale Koningsgezinde Beweging , Belgisch Legioen, Pro Patria, enz.) op de been te brengen als tegenhanger van het Onafhankelijkheidsfront, ervan verdacht geïnfiltreerd te zijn door de communisten.

Op 27 april 1942 werd Joset gearresteerd door de Sipo-SD. Hij werd opgesloten in de gevangenis van Sint-Gillis ; hij werd niet veroordeeld omdat de Duitsers zijn schuld niet duidelijk konden vaststellen maar op 18 juli 1942 als « Nacht und Nebel »-gevangene weggevoerd naar Duitsland. Hij werd opgesloten te Aken, Düsseldorf en Bochum en ontsnapte waarschijnlijk ternauwernood aan een terechtstelling dankzij zijn bevrijding door geallieerde soldaten tijdens de slag om de Ruhr.

35629
Instelling : CegeSoma
Collectie : Actualit
Auteursrecht : CegeSoma
Oorspronkelijke legende : De gevangenis van Sint-Gillis in Brussel
Webcaptie : Gang in de gevangenis van Sint-Gillis in 1939. Tijdens de oorlog blijft de gevangenis functioneren. Sommige afdelingen worden opgeëist door de Duitse bezetter om er bepaalde gevangenen in op te sluiten.

Icoon van het verzet ?

plaque-etterbeek-reflexcity-dAtail.jpg
Instelling : Reflexcity
Collectie : reflexcity
Oorspronkelijke legende : Camille Joset Laan, Etterbeek

Op 16 april 1945 kwam Joset terug aan in België en speelde vlug een rol in verschillende liefdadige initiatieven ten voordele van oud-verzetslui. Hij werd erkend als groot-oorlogsinvalide voor 100 %, benoemd tot voorzitter van de Nationale Raad van de Weerstand en op 4 januari 1947 bevorderd tot luitenant-kolonel (Gewapende Weerstand). Hij cumuleerde bijna alle statuten van zijn staatsburgerlijk en vaderlandslievend milieu: gewapend weerstander, weerstander door de sluikpers, burgerlijk weerstander en politiek gevangene.

Joset kreeg vele Belgische en buitenlandse eretekens en kende zijn glorieperiode na de oorlog. Hij werd een icoon van de patriotten, steeds verzorgd en elegant , getooid met een Baskische muts en overladen met eretekens , een hoofdfiguur op talrijke herdenkingsplechtigheden . Maar door zijn invaliditeit en zijn leeftijd droeg hij ongewild bij tot een versteend imago van het verzet: conformistisch, corporatistisch en in het verleden opgaand… het traditionele beeld van de oudstrijder. Dit vaderlandslievend unanimisme overwoekerde het politieke en soms « revolutionaire » aspect van het verzetsengagement.

Biografie

Paul WYNANTS, Camille Joset, in Nouvelle Biographie Nationale, Tome 11, 2012, pp.209-211.

George K. TANHAM, Contribution à l’histoire de la résistance belge 1940-1944, Bruxelles, Presses universitaires de Bruxelles, 1971.

In Memoriam colonel Camille Joset 1879-1958, Bruxelles, 1958.

Jean DUJARDIN, Le Mouvement National Belge. Activités dans le domaine du Renseignement et de l’Action (1941-février 1944), in Bijdragen tot de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog , nr 2, oktober 1972, pp.9-77.

Deze pagina citeren
Joset Camille
Auteur : Colignon Alain (Instelling : CegeSoma)
https://www.belgiumwwii.be/nl/belgie-in-oorlog/persoonlijkheden/joset-camille.html